HÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂé, HÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂé, HÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂé,
Kom van dat dak af, 'k waarschuw niet meer,
Neh, neh, neh, neh, neh, neh, van dat dak af,
'K waarschuw niet meer,
Kom van dat dak af, dat was de laatste keer.
Janne Janssen zijn vrouw, was een koorddanseres,
Maar bij gebrek aan een touw, klom ze op het bordes,
Het eten werd koud en Janne Jansen werd heet,
En in de straat weerklonk zijn kreet:
Kom van dat dak af, 'k waarschuw niet meer,
Neh, neh, neh, neh, neh, neh, van dat dak af,
'K waarschuw niet meer,
Kom van dat dak af, dat was de laatste keer.
Janne Jansen werd kwaad en zei je aan is de boot,
Kom van dat dak af of je gaat in de goote,
Maar zijn vrouw schrok zich wild en was ten einde raad,
Weerklonk het in de straat:
Kom van dat dak af, 'k waarschuw niet meer,
Neh, neh, neh, neh, neh, neh, van dat dak af,
'K waarschuw niet meer,
Kom van dat dak af, dat was de laatste keer.
JÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂéÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂéÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂé,
Janne Janssen zijn vrouwe, was een koordanseres,
Maar bij gebrek aan een touwe, klom ze op het bordes,
Het eten werd koud en Janne Jansen werd heet,
En in de straat weerklonk zijn kreet:
Komme van dat dak af, 'k waarschuw niet meer,
Neh, neh, neh, neh, neh, neh, van dat dak af,
'K waarschuw niet meer,
Kom van dat dak af, dat was de laatste keer.
Jeah, van dat dak af, hohohohoheh, van dat dak af,
Van dat dak af, hÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂÃÂé kom van dat dak af!
Van dat dak af, 'k waarschuw niet meer!