[ Featuring Bökkers ]
Er was een meisje in de stad
Die had de allergrootste boezem van de wereld
En dat meisje in de stad
Die bracht daarmee het hoofd op hol van elke man
De groenteboer de molenaar de bakker de politie commissaris
De pastoor en ook de dominee de schoolmeester ja zelfs de notaris
En weet je wat haar moeder zei
Geneer je niet en wees maar blij
Met zo′n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Met zo'n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Alle kerels uit de buurt die gaven haar de bijnaam Bobbi of Vanessa
En als ze dan ging stappen keken alle mannen haar verbijsterd na
Daarom maakte zij een afspraak
Bij de dokter om er naar te laten kijken
Ze schudde hem de hand en zei mijn ogen zitten hier en echt niet daar
En weet je wat de dokter zei
Geneer je niet en wees maar blij
Met zo′n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Met zo'n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Ze is uit pure liefde met een houthakker getrouwd
Ze kon zich niet bedenken waarom zijn zich schamen zou
Met zo'n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Met zo′n bos holt veur de deur
Hoef ie uw nergens veur te schamen
Dat kunt de holthakkers beamen
Zo kom ie mooi de winter deur
Zo kom ie mooi de winter deur
Zo kom ie mooi de winter deur