Halen! Het grootzeil omhoog
Halen! De fok en de kluiver
Halen! En vaar voor de wind
En laat 'r door het water stuiven!
Stormt het uit noord of uit west
Weet wat je doet mijn maatje
Blijf uit de Stortemelk weg
En kom er door het Fransche Gaatje
Daar woonde eens op Vlieland-Oost een oude zeekaptein
Die had een beeldschoon dochtertje haar naam was Marjolein
Ze nam als vrijer een student 't was niet haar vaders wil
Een jongen die een botter had en een touwtje aan z'n bril
Haar vader die bewaakte haar ze kwam het huis niet uit
Hij zei: "Je hebt niks aan zo'n knul met zo'n oude lekke schuit
Het kan ook helemaal geen kwaad als je nog een jaartje wacht
Wie weet komt er een rijke pief met een polyester jacht"
Op zeek're dag 't was windkracht acht moest vader naar de wal
Hij dacht: "Met deze hoge zee vaart die knaap in geen geval
Op 't eiland zit m'n dochter goed zo blijft ze wel alleen..."
Maar de botter kwam op zijn gemak door het Fransche Gaatje heen
De wachter op het Vuurboetsduin was de enige die het wist
En Ceesje Koning hoorde 't op zijn beurt van Jaap List
Want Vlieland is een eiland dus'het raakte gauw bekend
De dochter van de kapitein heeft gevrijd met haar student!
Halen! Het grootzeil omhoog Halen! De fok en de kluiver
Halen! En vaar voor de wind
En laat 'r door het water stuiven!