Weet je wat ik voel als ik op maandagmorgen jou weer tegenkom.
Het vragen naar je naam lijkt moeilijker geworden dan die grootste rekensom.
Met vlinders in men buik en kriebels in men tenen, loop ik je voorbij.
Ik wil je net iets vragen als de juf begint te zagen:"allemaal in de rij".
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Alles wat ik voel, wat ik zeg, wat ik doe.
Laat me plots een beetje berenkoud.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Met de zon in men ogen en de wind in men rug.
Keer ik elke maandag weer naar school terug.
Wat kruipt de tijd voorbij, wat staat de juf te zeuren over iets met fysica.
Jij en ik da's twee, ik hoef je niet te delen, en de rest is algebra.
Je kijkt me vragend aan, blijft even voor me staan, ik haper en ik slik.
Hier droom ik nu al weken van maar niemand die me helpen kan.
ik geef gewoon geen kik.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Alles wat ik voel, wat ik zeg, wat ik doe.
Laat me plots een beetje berenkoud.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Met de zon in men ogen en de wind in men rug.
Keer ik elke maandag weer naar school terug.
Algebra en fysica, chemie of informatica.
Wat schiet ik er mee op, niks
Ik breek men hoofd, het heeft geen zin, ik zit er helemaal midden in,
studeren is een flop.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Alles wat ik voel, wat ik zeg, wat ik doe.
Laat me plots een beetje berenkoud.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Met de zon in men ogen en de wind in men rug.
Keer ik elke maandag weer naar school terug.
Wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Alles wat ik voel, wat ik zeg, wat ik doe.
Laat me plots een beetje berenkoud.
Ik ben een beetje wauw, beetje wow, beetje woe.
Klein beetje verliefd op jou.
Met de zon in men ogen en de wind in men rug.
Keer ik elke maandag weer naar school terug.